Krullen en spaanders
Stadsdeel West vroeg me of ik alsjeblieft eens naar de Krul wilde kijken. De Krul was een markant en charmant urinoir: niet alleen tekenend voor het straatbeeld van Amsterdam, maar ook een icoon in de homogeschiedenis. Immers, toen mensen hun homorelaties liever verstopt hielden, vormden de urinoirs voor mannen een stiekem herkennings- en ontmoetingspunt…
De Krul bleek inmiddels te zijn ondergebracht bij de Herstelling, een praktijkcentrum in Amsterdam Zuid-Oost. Men wilde De Krul graag herstellen. Wat me erg blij maakte: heerlijk dat zulk erfgoed geconserveerd kan worden. Maar ook: het plan was om De Krul aan te pakken met een aantal deelnemers van de werkplaats. Dus ineens blijk ik metaalbewerkingsles te geven aan een heel divers gezelschap.
De Krul was schoongestraald en geprimerd. Op het eerste gezicht zag het er daarna nog niet eens zo gek uit, maar met elke stap dat ik dichterbij kwam, groeiden de rillingen op mijn rug. Het leek allemaal zo leuk: tientallen meters klinkverbindingen, allemaal contactvlakken van staal op staal, met ‘slechts’ hier en daar een spoortje roest. Mijn rughaartjes hadden ernstige twijfel bij de ogenschijnlijk goede verbindingen.
En terecht, bleek achteraf. Bij het loshalen van de verbindingen kwam het roest in vele gedaanten tevoorschijn, soms onschuldig maar vaker in de hoedanigheid van een sluipmoordenaar.
We zijn gestart met de restauratie van De Krul. Klinknagel voor klinknagel moeten we uitboren en doorslaan. Na een dag werken ligt de vloer bezaaid met krullen, spaanders en klinknagels. We gaan stug door. Nog maar dik 200 klinknagels te gaan!